Inhoud van het dossier?
Samenstelling
De samenstelling van het aanvraagdossier voor een stedenbouwkundige vergunning wordt bepaald door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 12 december 2013.
Het besluit legt het aantal exemplaren vast van de verschillende documenten die in het dossier moeten worden opgenomen. Als daar twijfel over bestaat, staan de ambtenaren van de bevoegde dienst Stedenbouw ter beschikking om de nodige uitleg te geven.
Documenten
De samenstelling van het dossier voor de aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning hangt af van de aard van de geplande werken (bijvoorbeeld een bouwwerk optrekken of een boom vellen).
Het dossier voor een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning bevat altijd:
- het formulier van de vergunningsaanvraag met precisering van het type van beoogde handelingen en werken, ondertekend door de aanvrager en, tenzij voor die eis een vrijstelling van toepassing is, een architect;
- de toelichtende nota met de voornaamste opties van het project. Indien de voorziene handelingen en werken elementen bevatten die de buurt kunnen schaden, moet de nota de geplande maatregelen ter vermijding van die hinder vermelden;
- de relevante foto's van het goed en de buurt die de autoriteiten toelaten de situatie correct te evalueren (ze moeten in kleur en recent zijn);
- de plannen (liggingsplannen, inplantingsplannen, detailplannen, syntheseplannen);
- de inlichtingen betreffende het eigendomsbewijs van het goed;
Indien van toepassing bevat het dossier van de vergunningsaanvraag:
- het betalingsbewijs van de dossierkosten (enkel voor de aanvragen die onder de bevoegdheid van de gemeente vallen);
- het statistisch formulier van de FOD Economie (model I, voor gebouwen die uitsluitend of hoofdzakelijk bestemd zijn voor bewoning/model II voor alle andere) (er moet dus geen formulier bijgevoegd worden wanneer de aanvraag geen betrekking heeft op een gebouw);
- wanneer de aanvrager niet de enige eigenaar van het goed is, of geen zakelijk of persoonlijk recht heeft om op het goed te bouwen, de kennisgeving aan de (mede-)eigenaar(s);
- wanneer de aanvraag wordt ingediend door een volmachthouder, een kopie van de volmacht;
- wanneer de aanvraag niet is vrijgesteld van het advies van de DBDMH:
a) en het gaat om een zogenaamde "vereenvoudigde" regularisatieaanvraag (d.w.z. die voldoet aan de voorwaarden opgesomd in artikel 330, § 3, van het BWRO): het advies van de DBDMH vergezeld van een exemplaar van de plannen voor de aanvraag met stempel van de DBDMH;
b) in de andere gevallen: de documenten zoals bedoeld door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 april 2019 tot bepaling van het formulier bij te voegen aan de aanvragen voor stedenbouwkundige en/of milieuattesten en -vergunningen en de aanvragen voor verkavelingsvergunningen met de informatie die nodig is opdat de Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp zijn advies kan uitbrengen; - wanneer de aanvraag betrekking heeft op een project met een totale vloeroppervlakte van meer dan 5.000 m², het advies van de bouwmeester;
- wanneer dit vereist is krachtens het Brussels Wetboek van Lucht, Klimaat en Energiebeheersing (BWLKE, boek 2, titel 2, hoofdstuk 1), het EPB-voorstel;
- wanneer de aanvraag onderworpen is aan een voorgafgaande effectenbeoordeling (zie bijlagen A en B van het BWRO), een voorbereidende nota van de effectenstudie of het effectenrapport;
- wanneer vereist krachtens de ordonnantie van 1 maart 2012 betreffende het natuurbehoud (artikelen 59 en volgende), de passende effectenbeoordeling;
- wanneer het terrein als categorie 0 (nul) is opgenomen in de inventaris van de bodemtoestand (zie de ordonnantie van 5 maart 2009 betreffende het beheer en de sanering van verontreinigde bodems en, voor meer informatie daarover, de website van Leefmilieu Brussel) en de geplande handelingen en werken ofwel een uitgraving omvatten, ofwel van dien aard zijn dat ze een eventuele latere behandeling of controle van een bodemverontreiniging belemmeren, ofwel van dien aard zijn dat ze de blootstelling van personen of het milieu aan de eventuele door de bodemverontreiniging veroorzaakte risico's verhogen, een van de volgende twee documenten:
- de gelijkvormigheidsverklaring van een verkennend bodemonderzoek;
- de verbintenis om dit onderzoek te laten uitvoeren vóór de afgifte van de aangevraagde stedenbouwkundige vergunning (een sjabloon is hier beschikbaar);
- wanneer een bestemmingsplan of een stedenbouwkundige verordening dit vereist, de gemotiveerde nota of ieder ander document vereist door dit plan;
- de voorafgaande toestemming van de beheerder van de waterlopen.
Document acties